article banner
Tax

Definitieve Europese btw hervormingen: lidstaten twijfelen

Bob van der Steen

Begin december 2019 spraken de ministers van Financiën van de Lidstaten (ECOFIN) onder andere over de hervorming van het btw-systeem naar het beoogde definitieve systeem. Dit nieuwe btw-systeem moet per 2023 in werking treden. Uit het overleg blijkt dat de lidstaten twijfelen over het voorstel van de Europese Commissie. Waar gaat deze hervorming ook al weer over? En lees meer over de zorgen van de lidstaten.

Intracommunautaire leveringen nu

De hervorming naar het definitieve systeem betreft goederentransacties tussen bedrijven, waarbij de goederen naar een andere lidstaat worden gezonden. Nu is de levering belast voor de btw in het land van vertrek. Als de leverancier kan aantonen dat de goederen zijn verkocht aan en naar een afnemer in een andere lidstaat, dan mag de leverancier het nultarief toepassen. De afnemer moet dan in zijn eigen land een intracommunautaire verwerving aangeven. Hervorming is nodig omdat dit systeem tot grootschalige fraude, ongeveer 55 miljard euro per jaar, met btw leidt.

Intracommunautaire leveringen na hervorming

De regels voor dit soort transacties gaan wijzigen. De transacties zijn dan voortaan belast in het land van aankomst, dus niet zoals nu in het land van vertrek. De leverancier moet dan de btw van het land van aankomst berekenen aan de klant. De klant kan die btw dan op zijn aangifte terugvragen. De leverancier hoeft niet te registreren voor de btw in het land van aankomst, maar kan de btw via een speciale btw-aangifte (One-Stop-Shop) in het land van vestiging aangeven en betalen. De belastingdienst doet de rest. Bedrijven kunnen een speciale status van Certified Tax Payer (CTP) krijgen als ze goed gedrag tonen. Berekening van btw kan dan achterwege blijven.

Zorgen van de lidstaten

Geweldig idee vinden de lidstaten. Maar er zijn nog wel wat zaken die aandacht behoeven, zoals:

  1. De meerderheid is tegen de CTP’s. Dit is onder andere te complex, kan leiden tot willekeur van belastingdiensten, en kan leiden tot verstoring van het neutraliteitbeginsel.
  2. De meerderheid vraagt zich af hoe het moet als zij als lidstaat van aankomst wel een teruggaaf van btw moet geven aan de koper, terwijl de verkoper – die in een ander EU-lidstaat is gevestigd – de btw niet betaalt (of dat het land van vertrek de btw niet overmaakt naar het land van aankomst).

Meer onderzoek

De lidstaten willen daarom meer onderzoek naar de effectiviteit van de voorgestelde hervormingen en in hoeverre nieuwe technologieën een oplossing kunnen bieden. De lidstaten zijn het er over eens dat de hervormingen wel moeten leiden tot een aanzienlijke verbetering voor alle partijen, en niet mag leiden tot nog meer onnodige administratieve rompslomp voor zowel bedrijven als belastingdiensten.

En nu?

Afwachten maar. Je zou verwachten dat een voorstel van de Europese Commissie, dat toch na 30 jaar na invoering van het EU btw-systeem ook niet zo maar uit de lucht komt vallen, op meer enthousiasme van de Ministers van Financiën mag rekenen. Daarmee is niet gezegd dat de ECOFIN geen reden tot twijfel heeft. Gebrek aan vertrouwen in elkaar speelt hier misschien wel de belangrijkste rol.

Actualiteiten