article banner
Legal

Transitievergoeding bij zieke werknemers: wat mag wel en wat niet?

Sinds de invoering van de Wet Werk en Zekerheid (WWZ) in 2015 heeft iedere werknemer die minimaal 24 maanden in dienst is, recht op een transitievergoeding als de werkgever de arbeidsovereenkomst beëindigt. Dit geldt ook voor werknemers die na langdurige ziekte uit dienst gaan. Na twee jaar ziekte kan de werkgever de arbeidsovereenkomst met een arbeidsongeschikte werknemer rechtsgeldig beëindigen via het UWV. Dat de werkgever na twee jaar lang het salaris te hebben doorbetaald ook een transitievergoeding is verschuldigd, ervaren veel werkgevers als onrechtvaardig.

Nieuwe truc?

Een grote winkelketen had daarom iets (nieuws) bedacht om geen transitievergoeding te hoeven betalen. Na twee jaar ziekte zei de werkgever met toestemming van het UWV de arbeidsovereenkomst op. De werkgever ontkende niet dat hij een transitievergoeding moest betalen, maar volgens hem bedroeg deze nul euro. Voor de berekening van de transitievergoeding zou, zo stelde de werkgever, uitgegaan moeten worden van het loon waar de werknemer aanspraak op kon maken ten tijde van het eindigen van de arbeidsovereenkomst. Dat loon bedroeg nul euro omdat de loondoorbetalingsverplichting was geëindigd.

De rechter was het daar echter niet mee eens. Uit de wetsgeschiedenis blijkt namelijk dat het niet de bedoeling is om arbeidsongeschikte werknemers uit te sluiten van het recht op een transitievergoeding. Bij de berekening van de transitievergoeding moet worden uitgegaan van het loon waarop de werknemer recht zou hebben gehad indien hij niet ziek zou zijn.

Slapende arbeidsovereenkomsten

Er zijn ook werkgevers die er voor kiezen om het dienstverband slapende te houden om op die wijze geen transitievergoeding te hoeven betalen. De zieke werknemer blijft dan weliswaar in dienst, maar omdat de loondoorbetalingsverplichting van de werkgever na twee jaar ziekte eindigt, heeft hij geen recht meer op salaris. Werknemers hebben al meerdere keren betoogd dat werkgevers ernstig verwijtbaar handelen door de arbeidsovereenkomst slapende te houden, maar tot nu toe is er nog geen rechter geweest die dat standpunt heeft overgenomen. Wel kleeft er een risico aan het slapend houden van de arbeidsovereenkomst: de re-integratieverplichtingen lopen door en als de werknemer herstelt, moet hij weer worden toegelaten tot het werk.

Wetswijziging

Vorig jaar liet Minister Asscher in reactie op Kamervragen al weten dat het onbetaald in dienst houden van een werknemer om de enkele reden van het niet willen betalen van een transitievergoeding niet getuigt van fatsoenlijk werkgeverschap. Hij is daarom van plan de wet aan te passen, zodat er geen incentives (meer) zijn voor werkgevers om de dienstverbanden met langdurig arbeidsongeschikte werknemers in stand te houden om geen transitievergoeding verschuldigd te zijn. Volgens de laatste berichtgeving zouden deze werkgevers dan gecompenseerd worden uit het Algemeen werkloosheidsfonds. Daar zal dan wel een verhoging van de premie voor het fonds tegenover staan. De minister streeft ernaar om wetsvoorstel begin volgend jaar in te dienen, zodat deze met ingang van 1 januari 2018 van kracht kan worden. Wij houden u op de hoogte omtrent de wijzigingen.

Meer informatie?

Wilt u meer informatie over de verschuldigdheid van de transitievergoeding en/of de manier waarop deze berekend dient te worden? Neemt u dan contact op met één van onze bedrijfsjuridisch adviseurs.